PSALM 56
Psalm 56
Informatie en bladmuziek over Psalm 56
Koraalbewerkingen voor orgel 12
Wildeman, PeterKoraalbewerkingen voor orgel 12 van Peter WildemanPeter Wildeman componeerde 2 nieuwe Psalmbewerking..
€ 12,50
Vertrouwen 2 - Dick Sanderman
Sanderman, DickVertrouwen 2 - Dick Sanderman Componist: Dick SandermanOmvang: 26 pagina’sIdioom: DiversMoeilijkheid..
€ 13,95
18 psalmbewerkingen 1 - Leen Schippers
Schippers, Leen18 psalmbewerkingen 1 van Leen SchippersInhoud:Psalm: 118,Psalm 45Psalm 33Psalm 25Psalm 101Psalm 93P..
€ 20,99
67 voorspelen bij Psalmen - Dick Troost
Troost, Dick67 voorspelen bij Psalmen van Dick Troost Voor orgelHet kerkelijk jaar rondInhoud:Psalm 2Psalm 8P..
€ 20,00
Drie Psalmbewerkingen - Herman van Vliet
Vliet, Herman vanDrie Psalmbewerkingen van Herman van Vliet Inhoud:Psalm 33Psalm 56Psalm 75..
€ 9,95
Drie Psalmen voor orgel - Wim Alblas
Alblas, WimDrie Psalmen voor orgel van Wim Alblas Inhoud:Psalm 56Psalm 116Psalm 130 ..
€ 11,95
Improvisaties 1 - John Propitius
Propitius, JohnImprovisaties 1 van John PropitiusIntroïtus en Toccata Psalm 56:5Verkrijgbaar in :* Noten,* Klavarsk..
€ 11,50
Koraalbundel op hogen toon - Martijn den Haan
Haan, M. denKoraalbundel op hogen toon van Martijn den HaanPsalmen met bovenstemPsalm 1Psalm 3Psalm 19Psalm 21Ps..
€ 15,95
Koraalimprovisaties - Gerben Mourik
Mourik, GerbenKoraalimprovisaties van Gerben MourikInhoud:Prélude Psalm 38Trio en Fuga Psalm 56Poème Psalm 80 ..
€ 11,95
Korte koraalvoorspelen - Dick Sanderman
Sanderman, DickKorte koraalvoorspelen van Dick Sanderman Inhoud:Psalm 2, 17, 63, 70, 19, 6, 22, 24, 62, 95, 111, 2..
€ 8,95
Lofzangen van Israël - Annelies Tanis
Tanis, AnneliesLofzangen van Israël van Annelies TanisInhoud: Psalm 24, 47, 56, 62, 87, 92, 96, 97, 110, 124, Lo..
€ 13,95
Onder kerktijd 1 - Jan Bouman
Bouman, JanOnder kerktijd 1 van Jan Bouman Inhoud: Psalm 2Psalm 17Psalm 18Psalm 21Psalm 22Psalm 32Psalm 38Ps..
€ 14,50
Psalm 56
1 Een gouden kleinood van David, voor den opperzangmeester, op Jonath Elem Rechokim; als de Filistijnen hem gegrepen hadden te Gath. Wees mij genadig, o God! want de mens zoekt mij op te slokken; den gansen dag dringt mij de bestrijder.
2 Mijn verspieders zoeken [mij] den gansen dag op te slokken; want ik heb veel bestrijders, o Allerhoogste!
3 Ten dage, [als] ik zal vrezen, zal ik op U vertrouwen.
4 In God zal ik Zijn woord prijzen; ik vertrouw op God, ik zal niet vrezen; wat zoude mij vlees doen?
5 Den gansen dag verdraaien zij mijn woorden; al hun gedachten zijn tegen mij ten kwade.
6 Zij rotten samen, zij versteken zich, zij passen op mijn hielen; als die op mijn ziel wachten.
7 Zouden zij om [hun] ongerechtigheid vrijgaan? Stort de volken neder in toorn, o God!
8 Gij hebt mijn omzwerven geteld; leg mijn tranen in uw fles; zijn zij niet in Uw register?
9 Dan zullen mijn vijanden achterwaarts keren, ten dage als ik roepen zal; dit weet ik, dat God met mij is.
10 In God zal ik het woord prijzen; in den HEERE zal ik het woord prijzen.
11 Ik vertrouw op God, ik zal niet vrezen; wat zou mij de mens doen?
12 O God! op mij zijn Uw geloften; ik zal U dankzeggingen vergelden;
13 Want Gij hebt mijn ziel gered van den dood; ook niet mijn voeten van aanstoot, om voor Gods aangezicht te wandelen in het licht der levenden?
Psalm 56
Vers 1
Gena, o God, bescherm mij door Uw hand;
Zie, hoe ik ben omringd aan allen kant;
Zie, hoe de mens zijn boze netten spant,
Om mij daarin te jagen.
Den gansen dag is 't oog op mij geslagen;
Zijn list legt mij op al mijn wegen lagen;
Zijn macht vergroot mijn ongeluk en plagen;
Ontroert mijn ingewand.
Vers 2
Maar word' ik ooit met bange vrees belaân,
Dan zal op U mijn vast betrouwen staan.
Ik prijs in God Zijn woord; ik steun voortaan
Op Hem; zou vlees mij deren?
Ik vrees hen niet, die mijne smart vermeêren;
Mij, dag op dag, door lastertaal onteren;
Mijn woorden in een valsen zin verkeren;
Arglistig mij verraân.
Vers 3
Zij rotten saâm, en houden bozen raad,
Terwijl mij elk in 't heim'lijk gadeslaat,
Mijn schreden volgt, en mij naar't leven staat,
Door ramp noch klacht bewogen.
Zoudt Gij, o God, nog met Uw heilig' ogen,
Hun boosheid zien, en straffeloos gedogen?
Neen; stort hen neer door Uw geducht vermogen;
Uw gramschap straff' hun kwaad.
Vers 4
Gij weet, o God, hoe 'k zwerven moet op aard';
Mijn tranen hebt G' in Uwe fles vergaard;
Is hun getal niet in Uw boek bewaard,
Niet op Uw rol geschreven?
Gewis, dan zal mijn wreev'le vijand beven,
En, als ik roep, straks rugwaarts zijn gedreven.
Dit weet ik vast: God zal mij nooit begeven;
Niets maakt mijn ziel vervaard.
Vers 5
Ik roem in God; ik prijs 't onfeilbaar woord;
Ik heb het zelf uit Zijnen mond gehoord;
'k Vertrouw op God, door gene vrees gestoord;
Wat sterv'ling zou mij schenden?
Ik heb beloofd, wanneer G' in mijn ellenden
Mij bijstand boodt, en 't onheil af zoudt wenden,
Tot U, o God, mijn lofzang op te zenden,
Door ijver aangespoord.
Vers 6
Gij hebt mijn ziel beveiligd voor den dood;
Gij richt mijn voet, dat hij zich nimmer stoot';
Gij zijt voor mij een schild in allen nood;
Gij hebt mijn smart verdreven;
Uw dierb're gunst is m' altoos bijgebleven;
'k Zal, voor Gods oog, naar Zijn bevelen leven;
Zo word' door mij Zijn naam altoos verheven;
Zo word' Zijn lof vergroot
Psalm 56
Vers 1
Ontferm U mijns, die nu benauwd ben zeer;
Want ik ben schier half verslonden, ja meer,
Van den schalk die mij belegert, o Heer,
Die mij steeds wil bestrijden.
Mijn vijanden schenden mij met verblijden;
Veel zijn daar mij tegen aan alle zijden;
Maar als mij, Heer, vreze kwelt in mijn lijden,
Tot U zal ik dan gaan.
Vers 2
Ik zal God lofzangen zingen voortaan
Van Zijn beloft' en op Hem zal ik staan;
Zo kan mij niet doen vrezen noch verslaan,
Wat de mensen voorstellen.
Mijn woorden al verkeren deez' gezellen;
't Voornaamste daarvan, dat ze zamen rellen,
Is hoe zij mij plagen zullen en kwellen,
Met al haar sterkt' en kracht.
Vers 3
Zij rotten zaam met geweld onbedacht.
Zij loeren en bespieden dag en nacht
Mijn gangen, en zoeken in hare macht
Te hebben mijn ziel reine.
Op haar listigheid staat haar hoop alleine,
Zij menen daardoor t' ontkomen gemeine;
Maar Gij, Heere, door Uw straffe niet kleine,
Dezulken toch verslaat.
Vers 4
Gij hebt geteld mijn vluchten vroeg en spaad';
In een flesse mijn tranen Gij ontvaat;
Mijn lijden, mijn benauwdheid ende smaad,
Hebt Gij, Heer, opgeschreven.
Als ik U bidde, zo lopen en beven
Mijn vijanden, zijnde van U verdreven;
Dit's zeker, want door U, o God verheven,
Zal ik wezen bevrijd.
Vers 5
Gods beloften roem ik breed ende wijd,
Dies zal ik Hem loven, zijnde verblijd;
Want Hij zal mij geven, na dezen tijd.
Wat Hij belooft waarachtig.
Mijn hope staat op mijnen God almachtig;
Ik vreze geen listen der mensen krachtig
Maar ik heb Heer, mijn beloften eendrachtig,
U gedaan met ootmoed.
Vers 6
Dies zal ik betalen haast met der spoed
En U prijzen, zo Gij waard zijt, Heer goed;
Omdat Gij mij genadiglijk behoedt
Voor den val, zonder sterven.
Gij bewaart mij voor 't schandelijk verderven;
Dies wandel ik met dat volk Uwer erven
Voor U, ja met hen, die Gij laat verwerven
O Heer! Uw klaarheid zoet.