PSALM 97

Psalm 97


Informatie en bladmuziek over Psalm 97

Tekst en zang 1773 en Datheen

Product vergelijk (0)


7 Psalmen in twee toonsoorten - Jan van Weelden

7 Psalmen in twee toonsoorten - Jan van Weelden

Weelden, Jan van

7 Psalmen in twee toonsoorten van Jan van WeeldenInhoud:1. Psalm 1382. Psalm 1213. Psalm 1084. ..

€ 11,95

Psalmen in voorspelen en zettingen 2 - Jan van Westenbrugge

Psalmen in voorspelen en zettingen 2 - Jan van Westenbrugge

Westenbrugge, Jan van

Psalmen in voorspelen en zettingen 2 van Jan van WestenbruggeInhoud: Psalm 85 Psalm 87Psalm 89Psal..

€ 15,45

Korte Koraalvoorspelen IV - Martien van der Zwan

Korte Koraalvoorspelen IV - Martien van der Zwan

Zwan, Martin van der

Korte Koraalvoorspelen IV van Martien van der ZwanInhoud: Psalm 12, 13, 31 (71), 49, 51 (69), 74 ..

€ 10,95

Musica Selecta deel 4 - Feike Asma

Musica Selecta deel 4 - Feike Asma

Asma, Feike, Kooijmans, Wybe

Musica Selecta deel 4 van Feike AsmaNieuwe notaties bijeengebracht door Wybe KooijmansInhoud:Ko..

€ 14,99

Psalmen 076 – 100 - Gerrit Jan van de Werfhorst

Psalmen 076 – 100 - Gerrit Jan van de Werfhorst

Werfhorst, Gerrit Jan van de

Psalmen 76 – 100 van Gerrit Jan van de WerfhorstInhoud:Psalmen 76-100 ..

€ 16,95

150 Psalmen deel 7 - Nico de Mes

150 Psalmen deel 7 - Nico de Mes

Mes, Nico de

150 Psalmen deel 7 van Nico de MesInhoud:Psalmen 91-105 ..

€ 14,45

18 Psalmbewerkingen 7 - Leen Schippers

18 Psalmbewerkingen 7 - Leen Schippers

Schippers, Leen

18 Psalmbewerkingen 7 van Leen SchippersInhoud:1. Gods vriend'lijk aangezicht (ps. 97)2. Zo Gij in '..

€ 20,99

Contrapuntische Psalmkoralen 07 - Wim van der Steen

Contrapuntische Psalmkoralen 07 - Wim van der Steen

Steen, Wim van der

Contrapuntische Psalmkoralen 07 van Wim van der SteenInhoud:Psalmen 91 t/m 105..

€ 11,95

Psalm 91-100 - Jan Slagt

Psalm 91-100 - Jan Slagt

Slagt, Jan

Psalm 91-100 van Jan SlagtEenvoudige voorspelen, zettingen en bewerkingen van de 150 Psalmen voor o..

€ 21,99

Weergeven 13 t/m 21 van in totaal 21

Psalm 97

1 De HEERE regeert, de aarde verheuge zich; dat veel eilanden zich verblijden.
2 Rondom Hem zijn wolken en donkerheid, gerechtigheid en gericht zijn de vastigheid Zijns troons.
3 Een vuur gaat voor Zijn aangezicht heen, en het steekt Zijn wederpartijen rondom aan brand.
4 Zijn bliksemen verlichten de wereld; het aardrijk ziet ze en het beeft.
5 De bergen smelten als was voor het aanschijn des HEEREN, voor het aanschijn des HEEREN der ganse aarde.
6 De hemelen verkondigen Zijn gerechtigheid, en alle volken zien Zijn eer.
7 Beschaamd moeten wezen allen, die de beelden dienen, die zich op afgoden beroemen; buigt u neder voor Hem, alle gij goden!
8 Sion heeft gehoord, en het heeft zich verblijd, en de dochteren van Juda hebben zich verheugd vanwege Uw oordelen, o HEERE!
9 Want Gij, HEERE! zijt de Allerhoogste over de gehele aarde; Gij zijt zeer hoog verheven boven alle goden.
10 Gij liefhebbers des HEEREN! haat het kwade; Hij bewaart de zielen Zijner gunstgenoten; Hij redt hen uit der goddelozen hand.
11 Het licht is voor den rechtvaardige gezaaid, en vrolijkheid voor de oprechten van hart.
12 Gij rechtvaardigen! verblijdt u in den HEERE, en spreekt lof ter gedachtenis Zijner heiligheid.
 
 

Psalm 97

Vers 1
God heerst als Opperheer;
Dat elk Hem juichend eer';
Gij, aarde, zee en eiland,
Verheugt u in uw Heiland.
Hem dekt met majesteit
Der wolken donkerheid;
Hij vestigt Zijnen troon
Op heil'ge rijksgeboôn,
Vol recht en wijs beleid.

Vers 2
Een vuurgloed gaat Hem voor,
Den gansen hemel door,
En blaakt aan alle zijden
Hen, die Zijn macht bestrijden;
Zijn felle bliksemschicht
Snelt door al 't zwerk, verlicht
Den gansen wereldkloot;
Het aardrijk ziet zijn nood,
En ijst, en beeft, en zwicht.

Vers 3
't Gebergte smelt als was,
En wordt geheel tot as,
Voor 't aangezicht des HEEREN,
Wien al wat leeft, moet eren.
't Verbaasde hemelrond
Meldt, in dien naren stond,
Zijn billijkheid en macht;
De volken zien Zijn kracht
Op 's aardrijks ruimen grond.

Vers 4
Dat ieder schaamrood zij,
Die, onbeschroomd en vrij,
Een beeld durft eer bewijzen
En nietig' afgoôn prijzen,
Den waren God ten hoon.
Knielt voor Hem, al gij goôn!
Zwicht voor den Opperheer;
Buigt u met ootmoed neer
Voor Zijn geduchten troon.

Vers 5
Gans Sion was verheugd,
En juicht', o HEER, van vreugd,
Met Juda's docht'renscharen,
Wanneer 't de blijde maren
Uws oordeels had gehoord;
Want Gij heerst ongestoord,
En toont Uw macht alom,
Ver boven 't godendom,
't Welk siddert voor Uw woord.

Vers 6
Beminnaars van den HEER,
Verbreiders van Zijn eer,
Hoopt steeds op Zijn genade,
En haat altoos het kwade.
Hij, die in tegenspoed
Zijn gunstgenoten hoedt,
Verleent hun onderstand,
En redt z' uit 's bozen hand,
Die op hun onschuld woedt.

Vers 7
Gods vriend'lijk aangezicht,
Heeft vrolijkheid en licht
Voor all' oprechte harten,
Ten troost verspreid in smarten.
Juicht, vromen, om uw lot;
Verblijdt u steeds in God;
Roemt, roemt Zijn heiligheid;
Zo word' Zijn lof verbreid
Voor al dit heilgenot.

Psalm 97

vers 1
Een Koning is de Heer,
Dies moet verblijden zeer
In Hem dat gans aardrijke,
D' eilanden desgelijke;
Der wolken duisterheid
Verbergt Zijn Majesteit
En Zijn stoel metterdaad,
Zeer vastelijk bestaat
Door Zijn gerechtigheid.

vers 2
Een groot vuur voor Hem gaat,
't Welk rondomme verslaat,
En doet al Zijn vijanden
Gans tot asse verbranden.
Den bliksem fel Hij schiet
Over 't aardrijk met vliet,
Hij weerlicht hier en daar,
't Aardrijk is vol gevaar
En beeft als 't dit aanziet.

vers 3
De bergen niet bestaan,
Maar als dat was vergaan
Voor God, een Heerser machtig
Des aardbodems zeer krachtig.
De hemelen doen kond,
En 't firmament vermondt
Gods gerechtigheid goed;
En 't aardrijk bemerkt vroed.
Zijn eer tot dezer stond.

vers 4
Dat zij werden beschaamd,
Die daar ('t welk niet betaamt)
Tot beelden zijn gevloden
En dienen de afgoden.
Gij eng'len al te zaam
Aanbidt den Heer bekwaam.
Sion, die Godes woord
Met vreugde heeft gehoord,
Verblijd in Zijnen Naam.

vers 5
O Heer, Uw regiment
Den dochteren bekend
Van Juda uitgelezen,
Werd zeer van haar geprezen.
Want Gij nu verhoogd zijt
In alle landen wijd;
Meer zijt Gij door Uw kracht
Dan de goden geacht,
Nu en tot allen tijd.

vers 6
Gij, die den Heer bemint
En hartelijk bezint,
Wilt toch de boosheid haten
En ganselijk verlaten;
Want God 't leven bewaart
Zijner knechten vermaard.
Die Hij verlossen zal
Van de godd'lozen al,
En maken z' onbezwaard.

vers 7
Den vromen zal voortaan
't Licht des troostes opgaan;
Blijdschap komt na veel smarten
Allen oprechten harten.
Komt dan, gij vromen rein,
Verblijdt u groot en klein;
In den Heer u verheugt
En prijst (zijnde vol vreugd)
Zijn goedheid in 't gemein.

Do NOT follow this link or you will be banned from the site!